Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/23258706.webp
trække op
Helikopteren trækker de to mænd op.
optrekken
De helikopter trekt de twee mannen omhoog.
cms/verbs-webp/40477981.webp
kende til
Hun kender ikke til elektricitet.
bekend zijn met
Ze is niet bekend met elektriciteit.
cms/verbs-webp/97335541.webp
kommentere
Han kommenterer på politik hver dag.
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.
cms/verbs-webp/99196480.webp
parkere
Bilerne er parkeret i parkeringskælderen.
parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.
cms/verbs-webp/80116258.webp
evaluere
Han evaluerer virksomhedens præstation.
evalueren
Hij evalueert de prestaties van het bedrijf.
cms/verbs-webp/5135607.webp
flytte ud
Naboerne flytter ud.
verhuizen
De buurman verhuist.
cms/verbs-webp/71991676.webp
efterlade
De efterlod ved et uheld deres barn på stationen.
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.
cms/verbs-webp/123519156.webp
tilbringe
Hun tilbringer al sin fritid udenfor.
doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.
cms/verbs-webp/53064913.webp
lukke
Hun lukker gardinerne.
sluiten
Ze sluit de gordijnen.
cms/verbs-webp/124046652.webp
komme først
Sundhed kommer altid først!
voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!
cms/verbs-webp/120282615.webp
investere
Hvad skal vi investere vores penge i?
investeren
Waar moeten we ons geld in investeren?
cms/verbs-webp/118003321.webp
besøge
Hun besøger Paris.
bezoeken
Ze bezoekt Parijs.