Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/68779174.webp
repræsentere
Advokater repræsenterer deres klienter i retten.
vertegenwoordigen
Advocaten vertegenwoordigen hun cliënten in de rechtbank.
cms/verbs-webp/23257104.webp
skubbe
De skubber manden i vandet.
duwen
Ze duwen de man het water in.
cms/verbs-webp/90321809.webp
bruge penge
Vi skal bruge mange penge på reparationer.
geld uitgeven
We moeten veel geld uitgeven aan reparaties.
cms/verbs-webp/23258706.webp
trække op
Helikopteren trækker de to mænd op.
optrekken
De helikopter trekt de twee mannen omhoog.
cms/verbs-webp/119302514.webp
ringe
Pigen ringer til sin ven.
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
cms/verbs-webp/89025699.webp
bære
Æslet bærer en tung byrde.
dragen
De ezel draagt een zware last.
cms/verbs-webp/96531863.webp
gå igennem
Kan katten gå igennem dette hul?
doorgaan
Kan de kat door dit gat gaan?
cms/verbs-webp/108286904.webp
drikke
Køerne drikker vand fra floden.
drinken
De koeien drinken water uit de rivier.
cms/verbs-webp/103163608.webp
tælle
Hun tæller mønterne.
tellen
Ze telt de munten.
cms/verbs-webp/27564235.webp
arbejde på
Han skal arbejde på alle disse filer.
werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.
cms/verbs-webp/108118259.webp
glemme
Hun har nu glemt hans navn.
vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.
cms/verbs-webp/122153910.webp
dele
De deler husarbejdet mellem sig.
verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.