Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/86215362.webp
sende
Dette firma sender varer over hele verden.
sturen
Dit bedrijf stuurt goederen over de hele wereld.
cms/verbs-webp/129203514.webp
chatte
Han chatter ofte med sin nabo.
kletsen
Hij kletst vaak met zijn buurman.
cms/verbs-webp/120655636.webp
opdatere
Nu om dage skal man konstant opdatere sin viden.
updaten
Tegenwoordig moet je je kennis voortdurend updaten.
cms/verbs-webp/79201834.webp
forbinde
Denne bro forbinder to kvarterer.
verbinden
Deze brug verbindt twee wijken.
cms/verbs-webp/110322800.webp
tale dårligt
Klassekammeraterne taler dårligt om hende.
kwaadspreken
De klasgenoten spreken kwaad over haar.
cms/verbs-webp/105224098.webp
bekræfte
Hun kunne bekræfte den gode nyhed til sin mand.
bevestigen
Ze kon het goede nieuws aan haar man bevestigen.
cms/verbs-webp/67955103.webp
spise
Hønsene spiser kornet.
eten
De kippen eten de granen.
cms/verbs-webp/125088246.webp
efterligne
Barnet efterligner et fly.
imiteren
Het kind imiteert een vliegtuig.
cms/verbs-webp/72855015.webp
modtage
Hun modtog en meget flot gave.
ontvangen
Ze ontving een heel mooi cadeau.
cms/verbs-webp/124053323.webp
sende
Han sender et brev.
sturen
Hij stuurt een brief.
cms/verbs-webp/73488967.webp
undersøge
Blodprøver undersøges i dette laboratorium.
onderzoeken
Bloedmonsters worden in dit lab onderzocht.
cms/verbs-webp/112407953.webp
lytte
Hun lytter og hører en lyd.
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.