Woordenlijst

Leer werkwoorden – Deens

cms/verbs-webp/114272921.webp
drive
Cowboysene driver kvæget med heste.
drijven
De cowboys drijven het vee met paarden.
cms/verbs-webp/104849232.webp
føde
Hun skal føde snart.
bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.
cms/verbs-webp/105854154.webp
begrænse
Hegn begrænser vores frihed.
begrenzen
Hekken begrenzen onze vrijheid.
cms/verbs-webp/42111567.webp
lave en fejl
Tænk dig godt om, så du ikke laver en fejl!
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
cms/verbs-webp/123953850.webp
redde
Lægerne kunne redde hans liv.
redden
De dokters konden zijn leven redden.
cms/verbs-webp/35071619.webp
passere
De to passerer hinanden.
voorbijgaan
De twee lopen elkaar voorbij.
cms/verbs-webp/19351700.webp
tilbyde
Strandstole stilles til rådighed for feriegæsterne.
voorzien
Strandstoelen worden voor de vakantiegangers voorzien.
cms/verbs-webp/117658590.webp
uddø
Mange dyr er uddøde i dag.
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
cms/verbs-webp/79404404.webp
behøve
Jeg er tørstig, jeg behøver vand!
nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!
cms/verbs-webp/84847414.webp
passe
Vores søn passer rigtig godt på sin nye bil.
zorgen voor
Onze zoon zorgt heel goed voor zijn nieuwe auto.
cms/verbs-webp/65199280.webp
løbe efter
Moderen løber efter sin søn.
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
cms/verbs-webp/121102980.webp
køre med
Må jeg køre med dig?
meerijden
Mag ik met je meerijden?