Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/101383370.webp
izlaziti
Djevojke vole izlaziti zajedno.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.
cms/verbs-webp/86710576.webp
otići
Naši su praznički gosti otišli jučer.
vertrekken
Onze vakantiegasten vertrokken gisteren.
cms/verbs-webp/111063120.webp
upoznati
Strani psi žele se međusobno upoznati.
leren kennen
Vreemde honden willen elkaar leren kennen.
cms/verbs-webp/17624512.webp
naviknuti se
Djeca se moraju naviknuti četkati zube.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/106279322.webp
putovati
Volimo putovati Europom.
reizen
We reizen graag door Europa.
cms/verbs-webp/65840237.webp
poslati
Roba će mi biti poslana u paketu.
sturen
De goederen worden in een pakket naar mij gestuurd.
cms/verbs-webp/59121211.webp
zazvoniti
Tko je zazvonio na vratima?
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?
cms/verbs-webp/130938054.webp
pokriti
Dijete se pokriva.
bedekken
Het kind bedekt zichzelf.
cms/verbs-webp/91997551.webp
razumjeti
Ne može se sve razumjeti o računalima.
begrijpen
Men kan niet alles over computers begrijpen.
cms/verbs-webp/21689310.webp
pitati
Moj učitelj često me pita.
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.
cms/verbs-webp/60625811.webp
uništiti
Datoteke će biti potpuno uništene.
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
cms/verbs-webp/108295710.webp
pisati
Djeca uče pisati.
spellen
De kinderen leren spellen.