Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws
pasiklysti
Miske lengva pasiklysti.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.
šiurkšti
Lapai šiurkšta po mano kojomis.
ritselen
De bladeren ritselen onder mijn voeten.
užrašyti
Ji nori užrašyti savo verslo idėją.
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
važiuoti
Vaikai mėgsta važinėtis dviračiais ar paspirtukais.
rijden
Kinderen rijden graag op fietsen of steps.
riboti
Dietos metu reikia riboti maisto kiekį.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
ieškoti
Įsilaužėlis ieško namuose.
doorzoeken
De inbreker doorzoekt het huis.
nužudyti
Būkite atsargūs, su tuo kirviu galite kažką nužudyti!
doden
Pas op, je kunt iemand doden met die bijl!
mąstyti kartu
Kortų žaidimuose reikia mąstyti kartu.
meedenken
Je moet meedenken bij kaartspellen.
gerti
Jis beveik kiekvieną vakarą apsigeria.
worden dronken
Hij wordt bijna elke avond dronken.
atrasti
Jūreiviai atrado naują žemę.
ontdekken
De zeelieden hebben een nieuw land ontdekt.
sustoti
Jūs privalote sustoti prie raudonos šviesos.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.