Woordenlijst
Leer werkwoorden – Bosnisch

uživati
Ona uživa u životu.
genieten
Ze geniet van het leven.

svidjeti se
Djetetu se sviđa nova igračka.
leuk vinden
Het kind vindt het nieuwe speelgoed leuk.

izgubiti se
Lako je izgubiti se u šumi.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.

putovati
Puno sam putovao po svijetu.
rondreizen
Ik heb veel rond de wereld gereisd.

moliti
On se tiho moli.
bidden
Hij bidt in stilte.

obogatiti
Začini obogaćuju našu hranu.
verrijken
Specerijen verrijken ons eten.

kritikovati
Šef kritikuje zaposlenika.
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.

zaustaviti
Morate se zaustaviti na crveno svjetlo.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.

krenuti
Kada se svjetlo promijenilo, automobili su krenuli.
wegrijden
Toen het licht veranderde, reden de auto’s weg.

otvoriti
Možeš li molim te otvoriti ovu konzervu za mene?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?

napustiti
Mnogi Englezi su željeli napustiti EU.
verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.
