Woordenlijst

Leer werkwoorden – Bosnisch

cms/verbs-webp/102304863.webp
udariti
Pazi, konj može udariti!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
cms/verbs-webp/121820740.webp
početi
Planinari su počeli rano ujutro.
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.
cms/verbs-webp/122479015.webp
prilagoditi
Tkanina se prilagođava veličini.
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.
cms/verbs-webp/98561398.webp
miješati
Slikar miješa boje.
mengen
De schilder mengt de kleuren.
cms/verbs-webp/40946954.webp
sortirati
Voli sortirati svoje marke.
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
cms/verbs-webp/51573459.webp
naglasiti
Oči možete dobro naglasiti šminkom.
benadrukken
Je kunt je ogen goed benadrukken met make-up.
cms/verbs-webp/124458146.webp
ostaviti
Vlasnici ostavljaju svoje pse meni na šetnju.
overlaten
De eigenaren laten hun honden aan mij over voor een wandeling.
cms/verbs-webp/108218979.webp
morati
Ovdje mora sići.
moeten
Hij moet hier uitstappen.
cms/verbs-webp/65199280.webp
trčati za
Majka trči za svojim sinom.
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
cms/verbs-webp/116835795.webp
stići
Mnogo ljudi stiže kamperom na odmor.
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.
cms/verbs-webp/130938054.webp
prekriti
Dijete se prekriva.
bedekken
Het kind bedekt zichzelf.
cms/verbs-webp/123170033.webp
bankrotirati
Poslovanje će vjerojatno uskoro bankrotirati.
failliet gaan
Het bedrijf gaat waarschijnlijk binnenkort failliet.