Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hebreeuws

מתחיל
חיים חדשים מתחילים עם הנישואין.
mthyl
hyym hdshym mthylym ’em hnyshvayn.
beginnen
Een nieuw leven begint met een huwelijk.

השאיר
הם השאירו את הילד שלהם בתחנה בטעות.
hshayr
hm hshayrv at hyld shlhm bthnh bt’evt.
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.

מפענח
הוא מפענח את הכתוב הקטן עם מגדלה.
mp’enh
hva mp’enh at hktvb hqtn ’em mgdlh.
ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.

בודק
הוא בודק מי גר שם.
bvdq
hva bvdq my gr shm.
controleren
Hij controleert wie daar woont.

נוסעים
לאחר הקניות, השניים נוסעים הביתה.
nvs’eym
lahr hqnyvt, hshnyym nvs’eym hbyth.
naar huis rijden
Na het winkelen rijden de twee naar huis.

לפרגן
הוא זוכה במדליה.
lprgn
hva zvkh bmdlyh.
belonen
Hij werd beloond met een medaille.

לישון
הם רוצים לישון עד מאוחר לפחות לילה אחד.
lyshvn
hm rvtsym lyshvn ’ed mavhr lphvt lylh ahd.
uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.

להימנע
הוא צריך להימנע מאגוזים.
lhymn’e
hva tsryk lhymn’e magvzym.
vermijden
Hij moet noten vermijden.

תלויים
שניים תלויים על ענף.
tlvyym
shnyym tlvyym ’el ’enp.
hangen
Ze hangen beide aan een tak.

תלוי
אגמונים תלויים מהגג.
tlvy
agmvnym tlvyym mhgg.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.

לייצר
אנחנו מייצרים את הדבש שלנו.
lyytsr
anhnv myytsrym at hdbsh shlnv.
produceren
We produceren onze eigen honing.
