Woordenlijst
Leer werkwoorden – Russisch

напиваться
Он напивается почти каждый вечер.
napivat‘sya
On napivayetsya pochti kazhdyy vecher.
worden dronken
Hij wordt bijna elke avond dronken.

промахнуться
Он промахнулся и не забил гол.
promakhnut‘sya
On promakhnulsya i ne zabil gol.
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.

убивать
Будьте осторожны, этим топором можно убить человека!
ubivat‘
Bud‘te ostorozhny, etim toporom mozhno ubit‘ cheloveka!
doden
Pas op, je kunt iemand doden met die bijl!

одобрять
Мы с удовольствием одобряем вашу идею.
odobryat‘
My s udovol‘stviyem odobryayem vashu ideyu.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.

вытаскивать
Сорняки нужно вытаскивать.
vytaskivat‘
Sornyaki nuzhno vytaskivat‘.
verwijderen
Onkruid moet verwijderd worden.

пробовать
Главный повар пробует суп.
probovat‘
Glavnyy povar probuyet sup.
proeven
De chef-kok proeft de soep.

строить
Дети строят высокую башню.
stroit‘
Deti stroyat vysokuyu bashnyu.
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.

идти дальше
Вы больше не можете идти с этой точки.
idti dal‘she
Vy bol‘she ne mozhete idti s etoy tochki.
verder gaan
Je kunt op dit punt niet verder gaan.

отправлять
Он отправляет письмо.
otpravlyat‘
On otpravlyayet pis‘mo.
sturen
Hij stuurt een brief.

взять с собой
Мы взяли с собой елку.
vzyat‘ s soboy
My vzyali s soboy yelku.
meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.

покупать
Они хотят купить дом.
pokupat‘
Oni khotyat kupit‘ dom.
kopen
Ze willen een huis kopen.
