Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/10206394.webp
tåle
Hun kan knapt tåle smerten!
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!
cms/verbs-webp/68779174.webp
representere
Advokater representerer klientene sine i retten.
vertegenwoordigen
Advocaten vertegenwoordigen hun cliënten in de rechtbank.
cms/verbs-webp/93697965.webp
kjøre rundt
Bilene kjører rundt i en sirkel.
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
cms/verbs-webp/114593953.webp
møte
De møtte hverandre først på internettet.
ontmoeten
Ze ontmoetten elkaar voor het eerst op het internet.
cms/verbs-webp/34664790.webp
bli beseiret
Den svakere hunden blir beseiret i kampen.
verslagen worden
De zwakkere hond wordt verslagen in het gevecht.
cms/verbs-webp/123844560.webp
beskytte
En hjelm skal beskytte mot ulykker.
beschermen
Een helm moet tegen ongelukken beschermen.
cms/verbs-webp/120220195.webp
selge
Handlerne selger mange varer.
verkopen
De handelaren verkopen veel goederen.
cms/verbs-webp/96668495.webp
trykke
Bøker og aviser blir trykt.
drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.
cms/verbs-webp/96476544.webp
fastsette
Datoen blir fastsatt.
vaststellen
De datum wordt vastgesteld.
cms/verbs-webp/56994174.webp
komme ut
Hva kommer ut av egget?
uitkomen
Wat komt er uit het ei?
cms/verbs-webp/118485571.webp
gjøre for
De vil gjøre noe for helsen sin.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/95056918.webp
lede
Han leder jenta ved hånden.
leiden
Hij leidt het meisje bij de hand.