Woordenlijst
Leer werkwoorden – Noors

ende
Ruten ender her.
eindigen
De route eindigt hier.

male
Jeg vil male leiligheten min.
schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.

overkomme
Idrettsutøverne overkommer fossen.
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.

hjelpe
Alle hjelper til med å sette opp teltet.
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.

skifte
Bilmekanikeren skifter dekkene.
vervangen
De automonteur vervangt de banden.

høre
Jeg kan ikke høre deg!
horen
Ik kan je niet horen!

tåle
Hun kan knapt tåle smerten!
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!

akseptere
Kredittkort aksepteres her.
accepteren
Creditcards worden hier geaccepteerd.

påta seg
Jeg har påtatt meg mange reiser.
ondernemen
Ik heb veel reizen ondernomen.

returnere
Boomerangen returnerte.
terugkomen
De boemerang kwam terug.

motta
Han mottar en god pensjon i alderdommen.
ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.
