Woordenlijst

Leer werkwoorden – Noors

cms/verbs-webp/20225657.webp
kreve
Barnebarnet mitt krever mye av meg.
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/101945694.webp
sove lenge
De vil endelig sove lenge en natt.
uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.
cms/verbs-webp/44518719.webp
Denne stien må ikke gås.
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
cms/verbs-webp/129235808.webp
lytte
Han liker å lytte til den gravide konas mage.
luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.
cms/verbs-webp/81025050.webp
kjempe
Idrettsutøverne kjemper mot hverandre.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/115847180.webp
hjelpe
Alle hjelper til med å sette opp teltet.
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.
cms/verbs-webp/113253386.webp
fungere
Det fungerte ikke denne gangen.
lukken
Deze keer is het niet gelukt.
cms/verbs-webp/101630613.webp
søke
Tyven søker gjennom huset.
doorzoeken
De inbreker doorzoekt het huis.
cms/verbs-webp/33463741.webp
åpne
Kan du åpne denne boksen for meg?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
cms/verbs-webp/101709371.webp
produsere
Man kan produsere billigere med roboter.
produceren
Men kan goedkoper produceren met robots.
cms/verbs-webp/61389443.webp
ligge
Barna ligger sammen i gresset.
liggen
De kinderen liggen samen in het gras.
cms/verbs-webp/91997551.webp
forstå
Man kan ikke forstå alt om datamaskiner.
begrijpen
Men kan niet alles over computers begrijpen.