Woordenlijst

Leer werkwoorden – Bosnisch

cms/verbs-webp/34979195.webp
sastati se
Lijepo je kada se dvoje ljudi sastanu.
samenkomen
Het is fijn als twee mensen samenkomen.
cms/verbs-webp/77738043.webp
početi
Vojnici počinju.
beginnen
De soldaten beginnen.
cms/verbs-webp/108580022.webp
vratiti se
Otac se vratio iz rata.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
cms/verbs-webp/110045269.webp
završiti
Svaki dan završava svoju jogging rutu.
voltooien
Hij voltooit elke dag zijn jogroute.
cms/verbs-webp/108295710.webp
pravopisati
Djeca uče pravopis.
spellen
De kinderen leren spellen.
cms/verbs-webp/121264910.webp
narezati
Za salatu treba narezati krastavac.
snijden
Voor de salade moet je de komkommer snijden.
cms/verbs-webp/98977786.webp
imenovati
Koliko zemalja možeš imenovati?
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?
cms/verbs-webp/81025050.webp
boriti se
Sportaši se bore jedan protiv drugog.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/104849232.webp
roditi
Uskoro će roditi.
bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.
cms/verbs-webp/74119884.webp
otvoriti
Dijete otvara svoj poklon.
openen
Het kind opent zijn cadeau.
cms/verbs-webp/61806771.webp
donijeti
Kurir donosi paket.
brengen
De koerier brengt een pakketje.
cms/verbs-webp/130814457.webp
dodati
Ona dodaje malo mlijeka u kafu.
toevoegen
Ze voegt wat melk toe aan de koffie.