Ordforråd

Lær verb – nederlandsk

cms/verbs-webp/54608740.webp
verwijderen
Onkruid moet verwijderd worden.
rykke opp
Ugress må rykkes opp.
cms/verbs-webp/44518719.webp
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
Denne stien må ikke gås.
cms/verbs-webp/95190323.webp
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.
stemme
Man stemmer for eller imot en kandidat.
cms/verbs-webp/82845015.webp
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
melde
Alle om bord melder til kapteinen.
cms/verbs-webp/60395424.webp
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
hoppe rundt
Barnet hopper glad rundt.
cms/verbs-webp/53284806.webp
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
tenke utenfor boksen
For å lykkes må du noen ganger tenke utenfor boksen.
cms/verbs-webp/123367774.webp
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
sortere
Jeg har fortsatt mange papirer å sortere.
cms/verbs-webp/85010406.webp
overspringen
De atleet moet over het obstakel springen.
hoppe over
Utøveren må hoppe over hindringen.
cms/verbs-webp/99602458.webp
beperken
Moet handel worden beperkt?
begrense
Bør handel begrenses?
cms/verbs-webp/123203853.webp
veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.
forårsake
Alkohol kan forårsake hodepine.
cms/verbs-webp/40946954.webp
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
sortere
Han liker å sortere frimerkene sine.
cms/verbs-webp/125385560.webp
wassen
De moeder wast haar kind.
vaske
Moren vasker barnet sitt.