Ordforråd
Lær verb – nederlandsk

opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!
skrive ned
Du må skrive ned passordet!

walgen van
Ze walgde van spinnen.
bli frastøtt
Hun blir frastøtt av edderkopper.

slaan
Ouders zouden hun kinderen niet moeten slaan.
slå
Foreldre bør ikke slå barna sine.

beginnen
De soldaten beginnen.
starte
Soldatene starter.

verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.
forbedre
Hun vil forbedre figuren sin.

een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.
holde en tale
Politikeren holder en tale foran mange studenter.

wonen
Ze wonen in een gedeeld appartement.
bo
De bor i en delt leilighet.

vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
stole på
Vi stoler alle på hverandre.

accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
akseptere
Noen mennesker vil ikke akseptere sannheten.

samenvatten
Je moet de belangrijkste punten uit deze tekst samenvatten.
oppsummere
Du må oppsummere hovedpunktene fra denne teksten.

rondreizen
Ik heb veel rond de wereld gereisd.
reise rundt
Jeg har reist mye rundt i verden.
