Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws

skambinti
Ji paėmė telefoną ir skambino numeriu.
draaien
Ze pakte de telefoon en draaide het nummer.

grąžinti
Mokytojas grąžina rašinius mokiniams.
teruggeven
De leraar geeft de essays terug aan de studenten.

praktikuotis
Moteris praktikuoja jogą.
oefenen
De vrouw beoefent yoga.

šokinėti
Vaikas džiaugsmingai šokinėja.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.

paruošti
Ji paruošė jam didelį džiaugsmą.
bereiden
Ze bereidde hem groot plezier.

turėti
Žuvis, sūris ir pienas turi daug baltymų.
bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.

pakakti
Tai pakanka, tu erzini!
genoeg zijn
Dat is genoeg, je irriteert!

tekėti
Nepilnamečiams negalima tekti.
trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.

spirti
Jie mėgsta spirti, bet tik stalo futbolo žaidime.
schoppen
Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.

laimėti
Jis stengiasi laimėti šachmatais.
winnen
Hij probeert te winnen met schaken.

pasakyti
Kas žino kažką, gali pasakyti pamokoje.
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
