Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/81885081.webp
burn
He burned a match.
aansteken
Hij stak een lucifer aan.
cms/verbs-webp/120978676.webp
burn down
The fire will burn down a lot of the forest.
afbranden
Het vuur zal een groot deel van het bos afbranden.
cms/verbs-webp/102168061.webp
protest
People protest against injustice.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.
cms/verbs-webp/77572541.webp
remove
The craftsman removed the old tiles.
verwijderen
De vakman heeft de oude tegels verwijderd.
cms/verbs-webp/44518719.webp
walk
This path must not be walked.
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
cms/verbs-webp/96628863.webp
save
The girl is saving her pocket money.
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
cms/verbs-webp/40632289.webp
chat
Students should not chat during class.
kletsen
Studenten mogen niet kletsen tijdens de les.
cms/verbs-webp/75195383.webp
be
You shouldn’t be sad!
zijn
Je moet niet verdrietig zijn!
cms/verbs-webp/62069581.webp
send
I am sending you a letter.
sturen
Ik stuur je een brief.
cms/verbs-webp/106665920.webp
feel
The mother feels a lot of love for her child.
voelen
De moeder voelt veel liefde voor haar kind.
cms/verbs-webp/108218979.webp
must
He must get off here.
moeten
Hij moet hier uitstappen.
cms/verbs-webp/91930542.webp
stop
The policewoman stops the car.
stoppen
De agente stopt de auto.