Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/46602585.webp
transport
We transport the bikes on the car roof.
vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
cms/verbs-webp/105224098.webp
confirm
She could confirm the good news to her husband.
bevestigen
Ze kon het goede nieuws aan haar man bevestigen.
cms/verbs-webp/119501073.webp
lie opposite
There is the castle - it lies right opposite!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!
cms/verbs-webp/33688289.webp
let in
One should never let strangers in.
binnenlaten
Men moet nooit vreemden binnenlaten.
cms/verbs-webp/83661912.webp
prepare
They prepare a delicious meal.
bereiden
Ze bereiden een heerlijke maaltijd.
cms/verbs-webp/113393913.webp
pull up
The taxis have pulled up at the stop.
arriveren
De taxi’s zijn bij de halte gearriveerd.
cms/verbs-webp/92266224.webp
turn off
She turns off the electricity.
uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.
cms/verbs-webp/28581084.webp
hang down
Icicles hang down from the roof.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
cms/verbs-webp/124575915.webp
improve
She wants to improve her figure.
verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.
cms/verbs-webp/124545057.webp
listen to
The children like to listen to her stories.
luisteren naar
De kinderen luisteren graag naar haar verhalen.
cms/verbs-webp/87153988.webp
promote
We need to promote alternatives to car traffic.
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
cms/verbs-webp/104135921.webp
enter
He enters the hotel room.
binnenkomen
Hij komt de hotelkamer binnen.