Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/99455547.webp
sprejeti
Nekateri ljudje nočejo sprejeti resnice.
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
cms/verbs-webp/102168061.webp
protestirati
Ljudje protestirajo proti krivicam.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.
cms/verbs-webp/4553290.webp
vstopiti
Ladja vstopa v pristanišče.
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
cms/verbs-webp/113842119.webp
miniti
Srednji vek je minil.
voorbijgaan
De middeleeuwse periode is voorbijgegaan.
cms/verbs-webp/93393807.webp
zgoditi se
V sanjah se zgodijo čudne stvari.
gebeuren
Vreemde dingen gebeuren in dromen.
cms/verbs-webp/17624512.webp
navaditi se
Otroci se morajo navaditi čiščenja zob.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/41019722.webp
odpeljati domov
Po nakupovanju se oba odpeljeta domov.
naar huis rijden
Na het winkelen rijden de twee naar huis.
cms/verbs-webp/60625811.webp
uničiti
Datoteke bodo popolnoma uničene.
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
cms/verbs-webp/106203954.webp
uporabljati
V požaru uporabljamo plinske maske.
gebruiken
We gebruiken gasmaskers in het vuur.
cms/verbs-webp/55788145.webp
prekriti
Otrok si prekrije ušesa.
bedekken
Het kind bedekt zijn oren.
cms/verbs-webp/116067426.webp
zbežati
Vsi so zbežali pred ognjem.
wegrennen
Iedereen rende weg van het vuur.
cms/verbs-webp/124525016.webp
ležati za
Čas njene mladosti leži daleč za njo.
achterliggen
De tijd van haar jeugd ligt ver achter haar.