Woordenlijst

Leer werkwoorden – Tsjechisch

cms/verbs-webp/108556805.webp
podívat se dolů
Mohl jsem se z okna podívat na pláž.
naar beneden kijken
Ik kon vanuit het raam naar het strand beneden kijken.
cms/verbs-webp/82095350.webp
tlačit
Sestra tlačí pacienta na vozíku.
duwen
De verpleegster duwt de patiënt in een rolstoel.
cms/verbs-webp/121670222.webp
následovat
Kuřátka vždy následují svou matku.
volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.
cms/verbs-webp/113415844.webp
opustit
Mnoho Angličanů chtělo opustit EU.
verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.
cms/verbs-webp/41918279.webp
utéct
Náš syn chtěl utéct z domu.
weglopen
Onze zoon wilde van huis weglopen.
cms/verbs-webp/102238862.webp
navštívit
Starý přítel ji navštíví.
bezoeken
Een oude vriend bezoekt haar.
cms/verbs-webp/106787202.webp
přijít domů
Táta konečně přišel domů!
thuiskomen
Papa is eindelijk thuisgekomen!
cms/verbs-webp/71883595.webp
ignorovat
Dítě ignoruje slova své matky.
negeren
Het kind negeert de woorden van zijn moeder.
cms/verbs-webp/112444566.webp
mluvit s
S ním by měl někdo mluvit; je tak osamělý.
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
cms/verbs-webp/102631405.webp
zapomenout
Nechce zapomenout na minulost.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/96628863.webp
šetřit
Dívka šetří své kapesné.
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
cms/verbs-webp/103797145.webp
najmout
Firma chce najmout více lidí.
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.