Woordenlijst
Leer bijwoorden – Tsjechisch

všechny
Zde můžete vidět všechny vlajky světa.
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.

proč
Děti chtějí vědět, proč je všechno tak, jak je.
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.

dolů
Leží dole na podlaze.
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.

příliš
Vždy pracoval příliš mnoho.
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.

teď
Mám mu teď zavolat?
nu
Moet ik hem nu bellen?

na to
Vyleze na střechu a sedne si na to.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.

dolů
Skáče dolů do vody.
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.

více
Starší děti dostávají více kapesného.
meer
Oudere kinderen krijgen meer zakgeld.

alespoň
Kadeřník stál alespoň málo.
minstens
De kapper kostte minstens niet veel.

venku
Dnes jíme venku.
buiten
We eten vandaag buiten.

znovu
Setkali se znovu.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
