Woordenlijst
Leer bijwoorden – Engels (UK)

in
The two are coming in.
in
De twee komen binnen.

for example
How do you like this color, for example?
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?

really
Can I really believe that?
echt
Kan ik dat echt geloven?

almost
It is almost midnight.
bijna
Het is bijna middernacht.

out
She is coming out of the water.
uit
Ze komt uit het water.

in the morning
I have to get up early in the morning.
‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.

somewhere
A rabbit has hidden somewhere.
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.

outside
We are eating outside today.
buiten
We eten vandaag buiten.

down
He falls down from above.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.

down below
He is lying down on the floor.
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.

left
On the left, you can see a ship.
links
Aan de linkerkant zie je een schip.
