Woordenlijst

Leer bijwoorden – Engels (UK)

cms/adverbs-webp/166071340.webp
out
She is coming out of the water.
uit
Ze komt uit het water.
cms/adverbs-webp/98507913.webp
all
Here you can see all flags of the world.
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.
cms/adverbs-webp/78163589.webp
almost
I almost hit!
bijna
Ik raakte bijna!
cms/adverbs-webp/40230258.webp
too much
He has always worked too much.
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.
cms/adverbs-webp/132151989.webp
left
On the left, you can see a ship.
links
Aan de linkerkant zie je een schip.
cms/adverbs-webp/80929954.webp
more
Older children receive more pocket money.
meer
Oudere kinderen krijgen meer zakgeld.
cms/adverbs-webp/29021965.webp
not
I do not like the cactus.
niet
Ik hou niet van de cactus.
cms/adverbs-webp/172832880.webp
very
The child is very hungry.
erg
Het kind is erg hongerig.
cms/adverbs-webp/29115148.webp
but
The house is small but romantic.
maar
Het huis is klein maar romantisch.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
at night
The moon shines at night.
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
outside
We are eating outside today.
buiten
We eten vandaag buiten.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
down
He falls down from above.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.