Woordenlijst
Leer bijwoorden – Deens

igen
Han skriver alt igen.
opnieuw
Hij schrijft alles opnieuw.

igen
De mødtes igen.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.

ind
De hopper ind i vandet.
in
Ze springen in het water.

ingen steder
Disse spor fører ingen steder hen.
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.

i det mindste
Frisøren kostede i det mindste ikke meget.
minstens
De kapper kostte minstens niet veel.

lidt
Jeg vil gerne have lidt mere.
een beetje
Ik wil een beetje meer.

meget
Jeg læser faktisk meget.
veel
Ik lees inderdaad veel.

før
Hun var tykkere før end nu.
voor
Ze was voorheen dikker dan nu.

ned
Han falder ned oppefra.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.

sammen
De to kan godt lide at lege sammen.
samen
De twee spelen graag samen.

der
Gå derhen, og spørg derefter igen.
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
