Woordenlijst
Leer bijwoorden – Portugees (PT)

agora
Devo ligar para ele agora?
nu
Moet ik hem nu bellen?

quase
Está quase meia-noite.
bijna
Het is bijna middernacht.

frequentemente
Tornados não são frequentemente vistos.
vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.

bastante
Ela é bastante magra.
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.

demais
Ele sempre trabalhou demais.
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.

o suficiente
Ela quer dormir e já teve o suficiente do barulho.
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.

a qualquer momento
Você pode nos ligar a qualquer momento.
altijd
Je kunt ons altijd bellen.

já
A casa já foi vendida.
al
Het huis is al verkocht.

realmente
Posso realmente acreditar nisso?
echt
Kan ik dat echt geloven?

sempre
Aqui sempre existiu um lago.
altijd
Hier was altijd een meer.

corretamente
A palavra não está escrita corretamente.
correct
Het woord is niet correct gespeld.
