Woordenlijst
Leer bijwoorden – Engels (UK)

never
One should never give up.
nooit
Men moet nooit opgeven.

on it
He climbs onto the roof and sits on it.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.

there
Go there, then ask again.
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.

nowhere
These tracks lead to nowhere.
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.

together
The two like to play together.
samen
De twee spelen graag samen.

also
The dog is also allowed to sit at the table.
ook
De hond mag ook aan tafel zitten.

in
Is he going in or out?
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?

too much
The work is getting too much for me.
te veel
Het werk wordt me te veel.

correct
The word is not spelled correctly.
correct
Het woord is niet correct gespeld.

for example
How do you like this color, for example?
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?

together
We learn together in a small group.
samen
We leren samen in een kleine groep.
