Woordenlijst
Leer bijwoorden – Engels (US)

for example
How do you like this color, for example?
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?

at night
The moon shines at night.
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.

always
There was always a lake here.
altijd
Hier was altijd een meer.

down
She jumps down into the water.
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.

in
The two are coming in.
in
De twee komen binnen.

all
Here you can see all flags of the world.
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.

out
She is coming out of the water.
uit
Ze komt uit het water.

alone
I am enjoying the evening all alone.
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.

just
She just woke up.
net
Ze is net wakker geworden.

very
The child is very hungry.
erg
Het kind is erg hongerig.

not
I do not like the cactus.
niet
Ik hou niet van de cactus.
