Woordenlijst

Leer bijwoorden – Duits

cms/adverbs-webp/178180190.webp
dorthin
Gehen Sie dorthin, dann fragen Sie wieder.
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
cms/adverbs-webp/145489181.webp
vielleicht
Sie will vielleicht in einem anderen Land leben.
misschien
Ze wil misschien in een ander land wonen.
cms/adverbs-webp/138988656.webp
jederzeit
Sie können uns jederzeit anrufen.
altijd
Je kunt ons altijd bellen.
cms/adverbs-webp/73459295.webp
auch
Der Hund darf auch am Tisch sitzen.
ook
De hond mag ook aan tafel zitten.
cms/adverbs-webp/135007403.webp
rein
Geht er rein oder raus?
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
cms/adverbs-webp/57457259.webp
hinaus
Das kranke Kind darf nicht hinaus.
buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.
cms/adverbs-webp/118228277.webp
raus
Er will gern raus aus dem Gefängnis.
uit
Hij zou graag uit de gevangenis willen komen.
cms/adverbs-webp/23708234.webp
richtig
Das Wort ist nicht richtig geschrieben.
correct
Het woord is niet correct gespeld.
cms/adverbs-webp/12727545.webp
unten
Er liegt unten auf dem Boden.
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
cms/adverbs-webp/166784412.webp
jemals
Hast du jemals alles Geld mit Aktien verloren?
ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
cms/adverbs-webp/7769745.webp
nochmal
Er schreibt alles nochmal.
opnieuw
Hij schrijft alles opnieuw.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
darauf
Er klettert aufs Dach und setzt sich darauf.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.