Woordenlijst

Leer bijwoorden – Duits

cms/adverbs-webp/80929954.webp
mehr
Große Kinder bekommen mehr Taschengeld.
meer
Oudere kinderen krijgen meer zakgeld.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
bereits
Er ist bereits eingeschlafen.
al
Hij slaapt al.
cms/adverbs-webp/67795890.webp
hinein
Sie springen ins Wasser hinein.
in
Ze springen in het water.
cms/adverbs-webp/38216306.webp
ebenfalls
Ihre Freundin ist ebenfalls betrunken.
ook
Haar vriendin is ook dronken.
cms/adverbs-webp/174985671.webp
nahezu
Der Tank ist nahezu leer.
bijna
De tank is bijna leeg.
cms/adverbs-webp/121564016.webp
lange
Ich musste lange im Wartezimmer warten.
lang
Ik moest lang in de wachtkamer wachten.
cms/adverbs-webp/164633476.webp
wieder
Sie haben sich wieder getroffen.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
cms/adverbs-webp/7659833.webp
gratis
Sonnenenergie ist gratis.
gratis
Zonne-energie is gratis.
cms/adverbs-webp/102260216.webp
morgen
Niemand weiß, was morgen sein wird.
morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
darauf
Er klettert aufs Dach und setzt sich darauf.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.
cms/adverbs-webp/29115148.webp
aber
Das Haus ist klein aber romantisch.
maar
Het huis is klein maar romantisch.
cms/adverbs-webp/166071340.webp
heraus
Sie kommt aus dem Wasser heraus.
uit
Ze komt uit het water.