Woordenlijst
Leer werkwoorden – Deens
producere
Man kan producere billigere med robotter.
produceren
Men kan goedkoper produceren met robots.
stoppe
Jeg vil stoppe med at ryge fra nu af!
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
vise
Jeg kan vise et visum i mit pas.
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.
gifte sig
Minderårige må ikke gifte sig.
trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.
prale
Han kan lide at prale med sine penge.
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
parkere
Bilerne er parkeret i parkeringskælderen.
parkeren
De auto’s staan in de ondergrondse garage geparkeerd.
lukke
Hun lukker gardinerne.
sluiten
Ze sluit de gordijnen.
bære
De bærer deres børn på ryggen.
dragen
Ze dragen hun kinderen op hun rug.
behøve
Jeg er tørstig, jeg behøver vand!
nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!
beholde
Du kan beholde pengene.
houden
Je mag het geld houden.
opdatere
Nu om dage skal man konstant opdatere sin viden.
updaten
Tegenwoordig moet je je kennis voortdurend updaten.