Woordenlijst

Leer werkwoorden – Pools

cms/verbs-webp/62788402.webp
popierać
Chętnie popieramy Twój pomysł.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/85860114.webp
iść dalej
Nie możesz iść dalej w tym miejscu.
verder gaan
Je kunt op dit punt niet verder gaan.
cms/verbs-webp/35862456.webp
zaczynać
Z małżeństwem zaczyna się nowe życie.
beginnen
Een nieuw leven begint met een huwelijk.
cms/verbs-webp/90773403.webp
podążać
Mój pies podąża za mną, kiedy biegam.
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.
cms/verbs-webp/130814457.webp
dodawać
Ona dodaje trochę mleka do kawy.
toevoegen
Ze voegt wat melk toe aan de koffie.
cms/verbs-webp/123203853.webp
powodować
Alkohol może powodować bóle głowy.
veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.
cms/verbs-webp/853759.webp
sprzedać
Towary są sprzedawane.
uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.
cms/verbs-webp/118026524.webp
otrzymać
Mogę otrzymać bardzo szybki internet.
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.
cms/verbs-webp/123834435.webp
zwrócić
Urządzenie jest wadliwe; sprzedawca musi je zwrócić.
terugnemen
Het apparaat is defect; de winkelier moet het terugnemen.
cms/verbs-webp/124320643.webp
trudzić się
Oboje trudzą się z pożegnaniem.
moeilijk vinden
Beiden vinden het moeilijk om afscheid te nemen.
cms/verbs-webp/116067426.webp
uciec
Wszyscy uciekli przed pożarem.
wegrennen
Iedereen rende weg van het vuur.
cms/verbs-webp/41935716.webp
zgubić się
W lesie łatwo się zgubić.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.