Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (UK)

cms/verbs-webp/119747108.webp
eat
What do we want to eat today?
eten
Wat willen we vandaag eten?
cms/verbs-webp/116932657.webp
receive
He receives a good pension in old age.
ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.
cms/verbs-webp/102677982.webp
feel
She feels the baby in her belly.
voelen
Ze voelt de baby in haar buik.
cms/verbs-webp/42111567.webp
make a mistake
Think carefully so you don’t make a mistake!
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
cms/verbs-webp/98561398.webp
mix
The painter mixes the colors.
mengen
De schilder mengt de kleuren.
cms/verbs-webp/41019722.webp
drive home
After shopping, the two drive home.
naar huis rijden
Na het winkelen rijden de twee naar huis.
cms/verbs-webp/34725682.webp
suggest
The woman suggests something to her friend.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
cms/verbs-webp/120452848.webp
know
She knows many books almost by heart.
kennen
Ze kent veel boeken bijna uit haar hoofd.
cms/verbs-webp/87994643.webp
walk
The group walked across a bridge.
wandelen
De groep wandelde over een brug.
cms/verbs-webp/57481685.webp
repeat a year
The student has repeated a year.
overdoen
De student heeft een jaar overgedaan.
cms/verbs-webp/89636007.webp
sign
He signed the contract.
ondertekenen
Hij ondertekende het contract.
cms/verbs-webp/110056418.webp
give a speech
The politician is giving a speech in front of many students.
een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.