Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (UK)

hang down
The hammock hangs down from the ceiling.
hangen
De hangmat hangt aan het plafond.

explore
Humans want to explore Mars.
verkennen
Mensen willen Mars verkennen.

publish
Advertising is often published in newspapers.
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.

spend money
We have to spend a lot of money on repairs.
geld uitgeven
We moeten veel geld uitgeven aan reparaties.

dare
I don’t dare to jump into the water.
durven
Ik durf niet in het water te springen.

walk
This path must not be walked.
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.

should
One should drink a lot of water.
moeten
Men zou veel water moeten drinken.

find again
I couldn’t find my passport after moving.
terugvinden
Na de verhuizing kon ik mijn paspoort niet meer terugvinden.

mean
What does this coat of arms on the floor mean?
betekenen
Wat betekent dit wapenschild op de vloer?

turn off
She turns off the electricity.
uitzetten
Ze zet de elektriciteit uit.

run after
The mother runs after her son.
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
