Woordenlijst

Leer werkwoorden – Koreaans

cms/verbs-webp/89869215.webp
차다
그들은 차길 좋아하지만, 탁구에서만 그렇다.
chada
geudeul-eun chagil joh-ahajiman, taggueseoman geuleohda.
schoppen
Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.
cms/verbs-webp/102169451.webp
다루다
문제를 다뤄야 한다.
daluda
munjeleul dalwoya handa.
omgaan
Men moet met problemen omgaan.
cms/verbs-webp/125385560.webp
씻다
엄마는 아이를 씻긴다.
ssisda
eommaneun aileul ssisginda.
wassen
De moeder wast haar kind.
cms/verbs-webp/44518719.webp
걷다
이 길은 걷지 말아야 한다.
geodda
i gil-eun geodji mal-aya handa.
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
cms/verbs-webp/96531863.webp
통과하다
고양이는 이 구멍을 통과할 수 있을까요?
tong-gwahada
goyang-ineun i gumeong-eul tong-gwahal su iss-eulkkayo?
doorgaan
Kan de kat door dit gat gaan?
cms/verbs-webp/68212972.webp
말하다
무언가 알고 있는 사람은 수업 중에 말할 수 있다.
malhada
mueonga algo issneun salam-eun sueob jung-e malhal su issda.
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
cms/verbs-webp/111750432.webp
매달리다
둘 다 가지에 매달려 있다.
maedallida
dul da gajie maedallyeo issda.
hangen
Ze hangen beide aan een tak.
cms/verbs-webp/82378537.webp
버리다
이 오래된 고무 타이어는 별도로 버려져야 합니다.
beolida
i olaedoen gomu taieoneun byeoldolo beolyeojyeoya habnida.
weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.
cms/verbs-webp/123211541.webp
내리다
오늘 눈이 많이 내렸다.
naelida
oneul nun-i manh-i naelyeossda.
sneeuwen
Het heeft vandaag veel gesneeuwd.
cms/verbs-webp/117491447.webp
의존하다
그는 눈이 멀었고 외부 도움에 의존합니다.
uijonhada
geuneun nun-i meol-eossgo oebu doum-e uijonhabnida.
afhangen van
Hij is blind en is afhankelijk van hulp van buitenaf.
cms/verbs-webp/87317037.webp
놀다
아이는 혼자 놀기를 선호한다.
nolda
aineun honja nolgileul seonhohanda.
spelen
Het kind speelt liever alleen.
cms/verbs-webp/86196611.webp
치다
불행하게도 많은 동물들이 여전히 차에 치여 있다.
chida
bulhaenghagedo manh-eun dongmuldeul-i yeojeonhi cha-e chiyeo issda.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.