Woordenlijst
Leer werkwoorden – Japans
繰り返す
私の鸚鵡は私の名前を繰り返すことができます。
Kurikaesu
watashi no ōmu wa watashi no namae o kurikaesu koto ga dekimasu.
herhalen
Mijn papegaai kan mijn naam herhalen.
止める
婦人警官が車を止めました。
Tomeru
fujin keikan ga kuruma o tomemashita.
stoppen
De agente stopt de auto.
蹴る
気をつけて、馬は蹴ることができます!
Keru
kiwotsukete,-ba wa keru koto ga dekimasu!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
喜ぶ
そのゴールはドイツのサッカーファンを喜ばせます。
Yorokobu
sono gōru wa Doitsu no sakkāfan o yorokoba semasu.
verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.
解読する
彼は拡大鏡で小さな印刷を解読します。
Kaidoku suru
kare wa kakudaikyō de chīsana insatsu o kaidoku shimasu.
ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.
閉める
彼女はカーテンを閉めます。
Shimeru
kanojo wa kāten o shimemasu.
sluiten
Ze sluit de gordijnen.
適している
その道は自転車乗りには適していません。
Tekishite iru
sonomichi wa jitensha-nori ni wa tekishite imasen.
geschikt zijn
Het pad is niet geschikt voor fietsers.
呼ぶ
その少女は友達を呼んでいる。
Yobu
sono shōjo wa tomodachi o yonde iru.
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
書く
彼は先週私に手紙を書きました。
Kaku
kare wa senshū watashi ni tegami o kakimashita.
schrijven naar
Hij schreef me vorige week.
比較する
彼らは自分たちの数字を比較します。
Hikaku suru
karera wa jibun-tachi no sūji o hikaku shimasu.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.
歌う
子供たちは歌を歌います。
Utau
kodomo-tachi wa uta o utaimasu.
zingen
De kinderen zingen een lied.