Woordenlijst
Leer werkwoorden – Kroatisch

hvalisati
Voli se hvalisati svojim novcem.
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.

pogoditi
Moraš pogoditi tko sam.
raden
Je moet raden wie ik ben!

kritizirati
Šef kritizira zaposlenika.
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.

prespavati
Žele konačno prespavati jednu noć.
uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.

oprostiti
Ona mu to nikada ne može oprostiti!
vergeven
Ze kan het hem nooit vergeven!

lagati
Ponekad se mora lagati u izvanrednim situacijama.
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.

ležati nasuprot
Ondje je dvorac - leži točno nasuprot!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!

ponovno vidjeti
Napokon se ponovno vide.
weerzien
Ze zien elkaar eindelijk weer.

poboljšati
Želi poboljšati svoju figuru.
verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.

miješati
Možete miješati zdravu salatu s povrćem.
mengen
Je kunt een gezonde salade met groenten mengen.

očekivati
Moja sestra očekuje dijete.
verwachten
Mijn zus verwacht een kind.
