Woordenlijst
Leer werkwoorden – Arabisch

وقع
وقع على العقد.
waqae
waqae ealaa aleaqda.
ondertekenen
Hij ondertekende het contract.

يستمتع
استمتعنا كثيرًا في المدينة الترفيهية!
yastamtie
astamtaena kthyran fi almadinat altarfihiati!
plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!

يحمي
يجب حماية الأطفال.
yahmi
yajib himayat al‘atfali.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.

زادت
زادت الشركة إيراداتها.
zadat
zadat alsharikat ‘iiradatha.
verhogen
Het bedrijf heeft zijn omzet verhoogd.

هرب
هرب الجميع من الحريق.
harab
harab aljamie min alhariqi.
wegrennen
Iedereen rende weg van het vuur.

قبل
هو يقبل الطفل.
qabl
hu yaqbal altifla.
kussen
Hij kust de baby.

يضغط
هو يضغط على الزر.
yadghat
hu yadghat ealaa alzur.
drukken
Hij drukt op de knop.

نشكل
نحن نشكل فريقًا جيدًا معًا.
nushakil
nahn nushakil fryqan jydan mean.
vormen
We vormen samen een goed team.

درس
الفتيات يحببن الدراسة معًا.
dars
alfatayat yuhbibn aldirasat mean.
studeren
De meisjes studeren graag samen.

أضاف
أضافت بعض الحليب إلى القهوة.
‘adaf
‘adafat baed alhalib ‘iilaa alqahwati.
toevoegen
Ze voegt wat melk toe aan de koffie.

قتل
كن حذرًا، يمكنك قتل شخص بذلك الفأس!
qatl
kuna hdhran, yumkinuk qatl shakhs bidhalik alfi‘as!
doden
Pas op, je kunt iemand doden met die bijl!
