Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/94909729.webp
čekati
Još uvijek moramo čekati mjesec dana.
wachten
We moeten nog een maand wachten.
cms/verbs-webp/63351650.webp
otkazati
Let je otkazan.
annuleren
De vlucht is geannuleerd.
cms/verbs-webp/121928809.webp
jačati
Gimnastika jača mišiće.
versterken
Gymnastiek versterkt de spieren.
cms/verbs-webp/96061755.webp
posluživati
Danas nas kuhar osobno poslužuje.
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
cms/verbs-webp/113393913.webp
pristupiti
Taksiji su pristupili stanici.
arriveren
De taxi’s zijn bij de halte gearriveerd.
cms/verbs-webp/118253410.webp
potrošiti
Ona je potrošila sav svoj novac.
uitgeven
Ze heeft al haar geld uitgegeven.
cms/verbs-webp/55372178.webp
napredovati
Puževi sporo napreduju.
vooruitgang boeken
Slakken boeken alleen langzame vooruitgang.
cms/verbs-webp/118232218.webp
zaštititi
Djecu treba zaštititi.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.
cms/verbs-webp/78773523.webp
povećati
Stanovništvo se znatno povećalo.
toenemen
De bevolking is sterk toegenomen.
cms/verbs-webp/99725221.webp
lagati
Ponekad se mora lagati u izvanrednim situacijama.
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.
cms/verbs-webp/102304863.webp
udariti
Pazi, konj može udariti!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
cms/verbs-webp/75281875.webp
brinuti
Naš domar se brine o uklanjanju snijega.
zorgen voor
Onze conciërge zorgt voor de sneeuwruiming.