Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/121820740.webp
pradėti
Žygeiviai anksti pradėjo ryte.
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.
cms/verbs-webp/105238413.webp
sutaupyti
Galite sutaupyti šildymui.
besparen
Je kunt geld besparen op verwarming.
cms/verbs-webp/94193521.webp
pasukti
Galite pasukti kairėn.
draaien
Je mag naar links draaien.
cms/verbs-webp/89869215.webp
spirti
Jie mėgsta spirti, bet tik stalo futbolo žaidime.
schoppen
Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.
cms/verbs-webp/120254624.webp
vadovauti
Jam patinka vadovauti komandai.
leiden
Hij leidt graag een team.
cms/verbs-webp/115520617.webp
užvažiuoti
Dviratininką užvažiavo automobilis.
aanrijden
Een fietser werd aangereden door een auto.
cms/verbs-webp/103232609.webp
rodyti
Čia rodomas modernus menas.
tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.
cms/verbs-webp/22225381.webp
išvykti
Laivas išplaukia iš uosto.
vertrekken
Het schip vertrekt uit de haven.
cms/verbs-webp/86196611.webp
užvažiuoti
Deja, daug gyvūnų vis dar užvažiuojami automobiliais.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.
cms/verbs-webp/117311654.webp
nešti
Jie neša savo vaikus ant nugarų.
dragen
Ze dragen hun kinderen op hun rug.
cms/verbs-webp/82845015.webp
pranešti
Visi laive praneša kapitonui.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
cms/verbs-webp/74908730.webp
sukelti
Per daug žmonių greitai sukelia chaosą.
veroorzaken
Te veel mensen veroorzaken snel chaos.