Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/114091499.webp
trenirati
Pes je treniran od nje.
trainen
De hond wordt door haar getraind.
cms/verbs-webp/38296612.webp
obstajati
Dinozavri danes ne obstajajo več.
bestaan
Dinosaurussen bestaan tegenwoordig niet meer.
cms/verbs-webp/120259827.webp
kritizirati
Šef kritizira zaposlenega.
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.
cms/verbs-webp/125884035.webp
presenetiti
Starša je presenetila z darilom.
verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.
cms/verbs-webp/98294156.webp
trgovati
Ljudje trgujejo z rabljenim pohištvom.
handelen
Mensen handelen in gebruikte meubels.
cms/verbs-webp/114593953.webp
srečati
Prvič sta se srečala na internetu.
ontmoeten
Ze ontmoetten elkaar voor het eerst op het internet.
cms/verbs-webp/120086715.webp
dokončati
Ali lahko dokončaš sestavljanko?
voltooien
Kun je de puzzel voltooien?
cms/verbs-webp/87317037.webp
igrati
Otrok se raje igra sam.
spelen
Het kind speelt liever alleen.
cms/verbs-webp/100434930.webp
končati
Pot se tukaj konča.
eindigen
De route eindigt hier.
cms/verbs-webp/111792187.webp
izbrati
Težko je izbrati pravega.
kiezen
Het is moeilijk om de juiste te kiezen.
cms/verbs-webp/84943303.webp
nahajati se
V školjki se nahaja biser.
zich bevinden
Er bevindt zich een parel in de schelp.
cms/verbs-webp/61389443.webp
ležati
Otroci ležijo skupaj v travi.
liggen
De kinderen liggen samen in het gras.