Woordenlijst
Leer werkwoorden – Sloveens

zahvaliti se
Najlepše se vam zahvaljujem za to!
bedanken
Ik bedank je er heel erg voor!

odkriti
Mornarji so odkrili novo deželo.
ontdekken
De zeelieden hebben een nieuw land ontdekt.

zbuditi
Pravkar se je zbudil.
wakker worden
Hij is net wakker geworden.

omeniti
Šef je omenil, da ga bo odpustil.
vermelden
De baas vermeldde dat hij hem zal ontslaan.

zaščititi
Otroke je treba zaščititi.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.

porabiti denar
Na popravilih moramo porabiti veliko denarja.
geld uitgeven
We moeten veel geld uitgeven aan reparaties.

zaščititi
Čelada naj bi zaščitila pred nesrečami.
beschermen
Een helm moet tegen ongelukken beschermen.

zgoditi se
Tukaj se je zgodila nesreča.
gebeuren
Hier is een ongeluk gebeurd.

pisati
Piše pismo.
schrijven
Hij schrijft een brief.

izhajati
Dekleta rada izhajajo skupaj.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.

vzeti s seboj
S seboj smo vzeli božično drevo.
meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.
