Woordenlijst
Leer werkwoorden – Deens

forestille sig
Hun forestiller sig noget nyt hver dag.
voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.

rapportere til
Alle ombord rapporterer til kaptajnen.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.

blande
Forskellige ingredienser skal blandes.
mengen
Verschillende ingrediënten moeten worden gemengd.

genfinde
Jeg kunne ikke finde mit pas efter flytningen.
terugvinden
Na de verhuizing kon ik mijn paspoort niet meer terugvinden.

klippe ud
Figurerne skal klippes ud.
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.

hjælpe
Alle hjælper med at sætte teltet op.
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.

gå videre
Du kan ikke gå videre herfra.
verder gaan
Je kunt op dit punt niet verder gaan.

svare
Hun svarer altid først.
antwoorden
Zij antwoordt altijd eerst.

producere
Vi producerer vores egen honning.
produceren
We produceren onze eigen honing.

udgive
Forlæggeren udgiver disse magasiner.
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.

vænne sig til
Børn skal vænne sig til at børste tænder.
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
