Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/59552358.webp
manage
Who manages the money in your family?
beheren
Wie beheert het geld in jouw gezin?
cms/verbs-webp/90032573.webp
know
The kids are very curious and already know a lot.
weten
De kinderen zijn erg nieuwsgierig en weten al veel.
cms/verbs-webp/57207671.webp
accept
I can’t change that, I have to accept it.
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.
cms/verbs-webp/44127338.webp
quit
He quit his job.
stoppen
Hij stopte met zijn baan.
cms/verbs-webp/85677113.webp
use
She uses cosmetic products daily.
gebruiken
Ze gebruikt dagelijks cosmetische producten.
cms/verbs-webp/108580022.webp
return
The father has returned from the war.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
cms/verbs-webp/121928809.webp
strengthen
Gymnastics strengthens the muscles.
versterken
Gymnastiek versterkt de spieren.
cms/verbs-webp/123367774.webp
sort
I still have a lot of papers to sort.
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
cms/verbs-webp/117490230.webp
order
She orders breakfast for herself.
bestellen
Ze bestelt ontbijt voor zichzelf.
cms/verbs-webp/119335162.webp
move
It’s healthy to move a lot.
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.
cms/verbs-webp/113671812.webp
share
We need to learn to share our wealth.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.
cms/verbs-webp/119235815.webp
love
She really loves her horse.
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.