Woordenlijst
Leer werkwoorden – Sloveens
slišati
Ne morem te slišati!
horen
Ik kan je niet horen!
viseti dol
S strehe visijo ledenice.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
razmišljati izven okvirov
Da bi bil uspešen, moraš včasih razmišljati izven okvirov.
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
vrniti se
Sam se ne more vrniti nazaj.
teruggaan
Hij kan niet alleen teruggaan.
brcniti
V borilnih veščinah moraš znati dobro brcniti.
schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.
poklicati nazaj
Prosim, pokličite me nazaj jutri.
terugbellen
Bel me morgen alstublieft terug.
spodbujati
Potrebujemo spodbujanje alternativ avtomobilskemu prometu.
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
narezati
Za solato moraš narezati kumaro.
snijden
Voor de salade moet je de komkommer snijden.
priti
Letalo je prispelo točno.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
razstavljati
Tukaj je razstavljena moderna umetnost.
tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.
pisati
Piše pismo.
schrijven
Hij schrijft een brief.