Woordenlijst

Leer werkwoorden – Ests

cms/verbs-webp/102731114.webp
avaldama
Kirjastaja on avaldanud palju raamatuid.
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.
cms/verbs-webp/96061755.webp
teenindama
Kokk teenindab meid täna ise.
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
cms/verbs-webp/106851532.webp
teineteist vaatama
Nad vaatasid teineteist kaua.
elkaar aankijken
Ze keken elkaar lang aan.
cms/verbs-webp/78073084.webp
pikali heitma
Nad olid väsinud ja heitsid pikali.
liggen
Ze waren moe en gingen liggen.
cms/verbs-webp/103719050.webp
arendama
Nad arendavad uut strateegiat.
ontwikkelen
Ze ontwikkelen een nieuwe strategie.
cms/verbs-webp/10206394.webp
taluma
Ta vaevu talub valu!
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!
cms/verbs-webp/59250506.webp
pakkuma
Ta pakkus kasta lilli.
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.
cms/verbs-webp/60395424.webp
ringi hüppama
Laps hüppab rõõmsalt ringi.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
cms/verbs-webp/116610655.webp
ehitama
Millal Hiina suur müür ehitati?
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
cms/verbs-webp/111892658.webp
toimetama
Ta toimetab pitsasid kodudesse.
bezorgen
Hij bezorgt pizza’s aan huis.
cms/verbs-webp/118008920.webp
algama
Kool algab lastele just praegu.
beginnen
School begint net voor de kinderen.
cms/verbs-webp/102677982.webp
tundma
Ta tunneb beebit oma kõhus.
voelen
Ze voelt de baby in haar buik.