Woordenlijst
Leer werkwoorden – Catalaans

tornar
El pare ha tornat de la guerra.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.

crear
Qui va crear la Terra?
creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?

passar
L’aigua era massa alta; el camió no podia passar.
doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.

desfer-se
Aquestes velles pneumàtiques s’han de desfer separadament.
weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.

passar
La perioda medieval ha passat.
voorbijgaan
De middeleeuwse periode is voorbijgegaan.

rebre
Puc rebre internet molt ràpid.
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.

criticar
El cap critica l’empleat.
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.

sorprendre
Ella va sorprendre els seus pares amb un regal.
verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.

entrenar
Els atletes professionals han d’entrenar cada dia.
trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.

preferir
Molts nens prefereixen caramels a coses saludables.
verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.

pintar
Ella s’ha pintat les mans.
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
