Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/113671812.webp
deliti
Moramo se naučiti deliti naše bogastvo.
delen
We moeten leren onze rijkdom te delen.
cms/verbs-webp/102168061.webp
protestirati
Ljudje protestirajo proti krivicam.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.
cms/verbs-webp/106279322.webp
potovati
Radi potujemo po Evropi.
reizen
We reizen graag door Europa.
cms/verbs-webp/18316732.webp
peljati skozi
Avto se pelje skozi drevo.
doorrijden
De auto rijdt door een boom.
cms/verbs-webp/79046155.webp
ponoviti
Lahko to prosim ponovite?
herhalen
Kun je dat alstublieft herhalen?
cms/verbs-webp/65199280.webp
teči za
Mama teče za svojim sinom.
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
cms/verbs-webp/33493362.webp
poklicati nazaj
Prosim, pokličite me nazaj jutri.
terugbellen
Bel me morgen alstublieft terug.
cms/verbs-webp/60625811.webp
uničiti
Datoteke bodo popolnoma uničene.
vernietigen
De bestanden worden volledig vernietigd.
cms/verbs-webp/122224023.webp
prestaviti
Kmalu bomo morali spet prestaviti uro nazaj.
achteruit zetten
Binnenkort moeten we de klok weer achteruit zetten.
cms/verbs-webp/85191995.webp
razumeti se
Končajta svoj prepir in se končno razumita!
overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!
cms/verbs-webp/78073084.webp
uleči se
Bili so utrujeni in so se ulegli.
liggen
Ze waren moe en gingen liggen.
cms/verbs-webp/121112097.webp
slikati
Naslikal sem ti lepo sliko!
schilderen
Ik heb een mooi schilderij voor je geschilderd!