Woordenlijst
Leer werkwoorden – Litouws

įvykti
Čia įvyko avarija.
gebeuren
Hier is een ongeluk gebeurd.

susitikti
Kartais jie susitinka laiptinėje.
ontmoeten
Soms ontmoeten ze elkaar in het trappenhuis.

prisijungti
Jūs turite prisijungti su savo slaptažodžiu.
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.

keisti
Automobilio mechanikas keičia padangas.
vervangen
De automonteur vervangt de banden.

apmokestinti
Įmonės apmokestinamos įvairiai.
belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.

rašyti
Jis man rašė praėjusią savaitę.
schrijven naar
Hij schreef me vorige week.

dengti
Ji dengia savo plaukus.
bedekken
Ze bedekt haar haar.

vartoti
Ji vartoja gabalėlį pyrago.
consumeren
Ze consumeert een stukje taart.

ginti
Du draugai visada nori ginti vienas kitą.
opkomen voor
De twee vrienden willen altijd voor elkaar opkomen.

klausytis
Jam patinka klausytis savo nėščios žmonos pilvo.
luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.

kurti
Jie kuria naują strategiją.
ontwikkelen
Ze ontwikkelen een nieuwe strategie.
