Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/33599908.webp
tarnauti
Šunys mėgsta tarnauti savo šeimininkams.
dienen
Honden dienen graag hun baasjes.
cms/verbs-webp/90773403.webp
sekti
Mano šuo seka mane, kai aš bėgioju.
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.
cms/verbs-webp/71260439.webp
rašyti
Jis man rašė praėjusią savaitę.
schrijven naar
Hij schreef me vorige week.
cms/verbs-webp/108350963.webp
praturtinti
Prieskoniai praturtina mūsų maistą.
verrijken
Specerijen verrijken ons eten.
cms/verbs-webp/114091499.webp
treniruoti
Šuo yra treniruojamas jos.
trainen
De hond wordt door haar getraind.
cms/verbs-webp/89636007.webp
pasirašyti
Jis pasirašė sutartį.
ondertekenen
Hij ondertekende het contract.
cms/verbs-webp/97784592.webp
atkreipti dėmesį
Reikia atkreipti dėmesį į kelio ženklus.
opletten
Men moet opletten voor de verkeersborden.
cms/verbs-webp/129002392.webp
tyrinėti
Astronautai nori tyrinėti kosmosą.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.
cms/verbs-webp/43532627.webp
gyventi
Jie gyvena bendrabutyje.
wonen
Ze wonen in een gedeeld appartement.
cms/verbs-webp/121180353.webp
prarasti
Palauk, tu praradai savo piniginę!
verliezen
Wacht, je hebt je portemonnee verloren!
cms/verbs-webp/40094762.webp
žadinti
Žadintuvas ją žadina 10 val. ryto.
wekken
De wekker wekt haar om 10 uur ’s ochtends.
cms/verbs-webp/70055731.webp
išvykti
Traukinys išvyksta.
vertrekken
De trein vertrekt.