Woordenlijst

Leer werkwoorden – Afrikaans

cms/verbs-webp/111021565.webp
walg
Sy walg vir spinnekoppe.
walgen van
Ze walgde van spinnen.
cms/verbs-webp/109157162.webp
kom maklik
Surfing kom maklik vir hom.
gemakkelijk gaan
Surfen gaat hem gemakkelijk af.
cms/verbs-webp/102397678.webp
publiseer
Advertensies word dikwels in koerante gepubliseer.
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
cms/verbs-webp/105854154.webp
beperk
Hekke beperk ons vryheid.
begrenzen
Hekken begrenzen onze vrijheid.
cms/verbs-webp/106088706.webp
staan op
Sy kan nie meer op haar eie staan nie.
opstaan
Ze kan niet meer zelfstandig opstaan.
cms/verbs-webp/99725221.webp
lieg
Soms moet mens in ’n noodgeval lieg.
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.
cms/verbs-webp/47737573.webp
belangstel
Ons kind stel baie belang in musiek.
geïnteresseerd zijn
Ons kind is erg geïnteresseerd in muziek.
cms/verbs-webp/42111567.webp
’n fout maak
Dink deeglik sodat jy nie ’n fout maak nie!
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
cms/verbs-webp/62000072.webp
oornag
Ons oornag in die kar.
overnachten
We overnachten in de auto.
cms/verbs-webp/74908730.webp
veroorsaak
Te veel mense veroorsaak vinnig chaos.
veroorzaken
Te veel mensen veroorzaken snel chaos.
cms/verbs-webp/125385560.webp
was
Die ma was haar kind.
wassen
De moeder wast haar kind.
cms/verbs-webp/99633900.webp
verken
Mense wil Mars verken.
verkennen
Mensen willen Mars verkennen.